Tjeu Lemmens
Door het gestaag uitdijen van hun personeelsbestanden krijgen overheidsorganen niet alleen steeds meer macht, maar nemen ook steeds grotere happen uit de economische koek. Deze zogenaamde ‘Kostenziekte van Baumol’ neemt zorgwekkende vormen aan. Een Amerikaanse econoom, William Baumol, stelde in de jaren zestig dat de productiviteitsgroei van de quartaire sector – overheden – veel trager verloopt dan het geval is in de andere drie economische sectoren, waar vernuftige machines ingezet worden om meer te produceren met minder arbeid. Dit verklaart de welvaartsverhoging in de afgelopen halve eeuw. Ondanks beperkte productiviteitstoename van overheidsdienaren kunnen overheidsuitgaven jaar op jaar stijgen dankzij de productiviteitsgroei in andere sectoren. Zoals het eerste artikel in deze serie aantoont, neemt de productiviteit van de primaire en secundaire sectoren de laatste jaren echter in rap tempo af. Dit kwalijke gevolg van op vernietiging gericht overheidsbeleid vergt veel duurbetaalde ambtenaren. Slechts enkele – vooral economisch geschoolde – politici onderkennen dat de staat van de huidige overheidsfinanciën belabberd is. De meeste politici proberen met lapmiddelen het voortgaande verval te verdoezelen. Hierbij schromen zij niet om als roofridders plundertochten op de pensioenpotten te beramen.
Tot de rand gevulde pensioenpotten
Het vermogen van de Nederlandse pensioenfondsen bij elkaar bedraagt € 1.800 miljard, een bedrag zo hoog, dat de overheid haar uitgaven gedurende een regeerperiode van vier jaar er volledig mee kan dekken. In 2009 bedroeg het totale pensioenvermogen € 676 miljard, hetgeen bijna een verdrievoudiging betekent binnen vijftien jaar. Toch is steeds de schijn gewekt dat de financiële toestand van pensioenfondsen abominabel is. Dit is het gevolg van de creatie van het monstrum van de rekenrente. Hiermee wordt berekend of voldoende vermogen aanwezig is voor het uitkeren van alle pensioenen, nu en in de toekomst. Het hiervoor ontwikkelde kengetal – de dekkingsgraad – wordt berekend op basis van een rekenrente die is afgeleid van de rentetarieven van de Europese Centrale Bank (ECB). Doordat de ECB-rente vele jaren op rij daalde, zelfs tot onder het nulpunt, ontstond de optische vertekening dat het vermogen van pensioenfondsen ontoereikend zou zijn om te voldoen aan alle uitkeringsverplichtingen. Hierdoor werden gedurende twintig jaar pensioenen niet of nauwelijks gecorrigeerd voor inflatie, alsmede premies verhoogd, terwijl het gemiddelde jaarlijkse rendement van aandelen en obligaties ruim 7% bedroeg, een discrepantie die critici al jarenlang aan de kaak stellen. Door de zeer beperkte indexatie is de koopkracht van gepensioneerden de afgelopen twintig jaar met 20% gedaald.
Per 1 januari 2007 werd De Nederlandse Bank (DNB) aangewezen als toezichthouder van pensioenfondsen. Ondanks het hoge jaarlijkse rendement en de vele kritiek is deze toezichthouder er nooit toe overgegaan de rekenrente als kernparameter voor het berekenen van de dekkingsgraad te vervangen door een realistische parameter. Dit doet vermoeden dat het om moedwillige keuzes gaat, met als oogmerk de pensioenfondsen tot de rand toe te vullen opdat de overheid er in magere jaren legitiem en vrijelijk uit kan putten.
Dwangbeleggingen
De Nederlandse pensioenfondsen hebben zich geschaard achter de zeventien Sustainable Development Goals (SDG’s: duurzame ontwikkelingsdoelen) van de Verenigde Naties (VN), waarvoor zij hun beleggingsbeleid volledig hebben omgegooid. ABP, het pensioenfonds voor overheidspersoneel en een van de grootste ter wereld, heeft producenten van steenkool, aardolie en aardgas in het verdomhoekje geplaatst en ingeruild voor beleggingen in ‘duurzame energie, schone mobiliteit en energieopslag’. Dit onder meer door de bouw van grote windmolenparken op de Noordzee mede te financieren. Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW, het grootste pensioenfonds na ABP) heeft recent beleggingen in olie- en gasproducenten die onvoldoende haast maken met de energietransitie, afgestoten. Niet het renderen van beleggingen bepaalt thans de keuze, maar of de bedrijfsvoering deugt volgens de SDG’s. Nederlandse pensioenfondsen presenteren deze transitie alsof zij handelen uit vrije wil. Niets is minder waar en het is ook niet typisch Nederlands. De VN verordonneert pensioenfondsen wereldwijd in welke sectoren zij moeten beleggen. Zij heeft daarvoor de principes van verantwoord investeren opgesteld en controleert of fondsen zich hieraan houden. Uit een controleonderzoek van UNCTAD – een VN-divisie die zich richt op het bevorderen van investeringen en ondernemen voor duurzame ontwikkeling en welvaart voor iedereen – blijkt dat ABP, PFZW en BpfBouw – pensioenfonds voor werknemers in de bouwsector – behoren tot de twintig koplopers van de wereldwijd grootste pensioenfondsen die de SDG’s omarmen.
‘Investeer in wapens!’
De afgelopen maanden zijn politici en hooggeplaatste militairen in gespierde taal bezig het volk grote angst aan te jagen voor Russische oorlogsdreigingen. Van Vladimir Poetin wordt een beeld geschetst als superdictator en landhongerige agressor, die het niet bij een inval van Oekraïne zal laten. Een VVD-Kamerlid schetste een vreeswekkend toekomstvisioen: ‘Poetin gaat door, net zolang tot Oekraïne is verwoest, het Russische rijk is hersteld tot binnen de EU en het NAVO-grondgebied en Europa is verzwakt en tot op het bot verdeeld.’ Men kent ook de remedie: de slagkracht van de Nederlandse defensie versterken door uitbreiding van het wapenarsenaal, jongeren aanmoedigen soldaat te worden en de dienstplicht te reactiveren. Ook het optuigen van een Europese oorlogseconomie zou noodzakelijk zijn. De Europees Commissaris voor de Interne Markt, Thierry Breton, heeft een strategie laten uitwerken om de Europese wapenproductie een fikse stoot omhoog te geven. Het Institute for the Study of War, deels gefinancierd door de wapenindustrie, wijst erop dat Russische financiële, economische en militaire indicatoren aantonen dat Rusland een grootschalig conflict met de NAVO aan het voorbereiden is.
Opvoeren van de wapenproductie vergt kapitaal en politici hebben hun oog laten vallen op de pensioenfondsen als kapitaalverschaffers. Al in november 2022 riep een Tweede Kamermeerderheid pensioenfondsen op hun investeringen in de wapenindustrie drastisch te verhogen. Hun aansporingen om beleggingen in fossiele brandstoffen af te bouwen ten faveure van industrie die bommen, drones, vuurwapens, tanks en ander destructiematerieel produceert, worden nu luider en furieuzer. Aanvankelijk reageerden pensioenfondsen terughoudend, hoewel bereid om indirect de wapenindustrie te steunen via beleggingen in staatsobligaties, uitgegeven voor de financiering van deze industrie. Pensioenfondsen zijn essentieel om de productie van wapens te vergroten, stelde demissionair minister van Defensie Ollongren. Zij spreekt schande van de terughoudendheid van fondsen om als directe kapitaalverschaffer te fungeren. Andere politici voeren aan dat het in het belang van de fondsen zelf zou zijn, omdat oorlog funest is voor hun rendement. Een andere politieke stok is dat de verhouding tussen de defensiebestedingen van de overheid en die van de pensioenfondsen volledig uit het lood staat. De overheid streeft naar besteding van minimaal 2% van het bruto binnenlands product (bbp), ofwel € 20 miljard, aan wapenproductie. De pensioenfondsen, die alles bij elkaar een vermogen hebben van tweemaal het bbp, zouden hetzelfde percentage moeten aanhouden, maar dat is slechts 0,1%.
- Het artikel gaat hieronder verder -
De Gift Card is een leuke manier om Gezond Verstand een kwartaal of een jaar lang cadeau doen. De Gift Card is digitaal verkrijgbaar én als pasje met daarop een unieke code + een feestelijke cadeau-enveloppe.
Abonnees krijgen 15% korting!
Gezond Verstand 6x cadeau doen
Op papier én digitaal
Normaal €24,- voor abonnees €20,-
Gezond Verstand 24x cadeau doen
Op papier én digitaal
Normaal €80,- voor abonnees €70,-
Overstag
Na de aanvankelijke terughoudendheid is ABP uiteindelijk overstag gegaan. Op 22 februari 2024 maakte het fonds bekend geld te willen beleggen in de defensie-industrie, met een als in sprookjestaal geformuleerde onderbouwing voor deze ommezwaai: “Als pensioenfonds voor medewerkers van politie en defensie realiseren wij ons dat het belangrijk is dat zij over de middelen beschikken om hun taken te kunnen uitoefenen.” Kennelijk was de politieke pressie te groot en als één volgzaam schaap over de dam is, volgen er meer.
Dat de overheid niet schroomt om op indirecte wijze te graaien in pensioenpotten is niet denkbeeldig. Het zou niet de eerste keer zijn. In de economische crisis van begin jaren tachtig, de zwaarste sinds de depressie van de jaren dertig, met ruim 600.000 werklozen, deed het kabinet-Lubbers een greep in de kas van het pensioenfonds voor overheidspersoneel door premies te verlagen (70% van de ABP-premies wordt betaald door de overheid) alsmede de VUT-regeling om de jeugdwerkeloosheid te beteugelen uit de ABP-pot te betalen.
De overheid is bezig pensioenfondsen te verplichten een deel van hun vermogen te investeren in door haar wenselijk geachte doelen. Daarmee verwordt de verplichte premiebetaling tot een versluierde vorm van belastingheffing. Veel politici lijken niet te beseffen dat het vermogen in de pensioenpotten het feitelijke eigendom is van de deelnemers. Investeringen in de wapenindustrie en in ondernemingen die hun bedrijfsvoering baseren op de SDG’s, renderen hoogstwaarschijnlijk ondermaats. Daarom zijn dwangbeleggingen een vorm van confiscatie en diefstal. Ook is het een verkwanseling van de rechtsstaat.
Wordt vervolgd
– einde artikel –
Je las een Premium artikel uit Gezond Verstand
Volg ons op social media
Kijk en beluister Gezond Verstand via