Scroll Top

Het kwaad van zelfcensuur en politieke bemoeienis (redactie)

Het kwaad van zelfcensuur
hartelijk dank aan alle abonnees en lezers
DRIE JAAR
GEZOND VERSTAND
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipisicing elit, sed do eiusmod tempor dolor sit incididunt ut labore et dolore magna aliqua!

Het kwaad van zelfcensuur en politieke bemoeienis

Redactie

Waarom bestaat dit blad? Deze vraag krijgen we vrijwel elke dag te horen van gewone mensen en interviewers. Het kortste antwoord is zelfcensuur; de zelfcensuur die andere publicaties toepassen door belangrijke onderwerpen of helemaal niet te behandelen of op een zwaar vertekende manier weer te geven. Gelukkig nog niet voor 100%, zoals we laten zien met een stukje over HP/De Tijd. Maar in zijn geheel is de zelfcensuur bijna zó volledig dat bozeontvangers van het eerste nummer van ons blad het alleen maar konden interpreteren als een verzameling van gevaarlijke fantasieën. De dagbladen en de nieuwsvoorziening op de tv bieden een dusdanig gesloten geheel over waar het om gaat in de wereld, dat men informatie die daarvan afwijkt bijna niet anders kan ervaren dan als destabiliserend. Een voorstelling van zaken die je uit je evenwicht haalt en dus als bedreigend aanvoelt.
Z

elfcensuur werkt beter dan censuur opgelegd door de overheid. Dat weten veel autocratische regeringen al heel lang. De journalisten en andere schrijvers die de gevestigde publicaties maken, zijn natuurlijk niet de hele dag met bewuste zelfcensuur bezig. Ze weten gewoon dat ze bepaalde onderwerpen uit de weg moeten gaan. Of het verslag over sommige onderwerpen te overgieten met een sausje waardoor regeringshoofden van bepaalde landen er als slechterik uit komen te zien. Dat zijn dan landen zoals Rusland, die niet goed liggen bij het zogenaamde trans-Atlantische bondgenootschap. De journalisten doen dat vrijwel automatisch. Want de onderwerpen zijn vrij duidelijk afgebakend met wat op een hoogspanningsdraad lijkt. Je kan je baan verliezen als je het taboegebied uit het oog verliest. Voor journalisten met een gezin en hypotheek kan nieuwsgierigheid een bedreiging worden. Die bedreiging is sinds de afgelopen eeuwwisseling zeer sterk toegenomen. Om een lang verhaal kort te maken, de oorzaak van dit alles is dat de eigenaren van de publicaties gereduceerd zijn tot een heel klein groepje bedrijven die vastzitten in een gevestigde orde waar politieke taboes en voorschriften het fatsoen bepalen. Van eens bestaande redactionele vrijheid en onafhankelijkheid is in de eeuw die 20 jaar geleden begon niet veel meer overgebleven.

Het heeft wel weer een andere ontwikkeling in beweging gezet met de bedoeling de schade van informatiebeperking te beteugelen. Die deed denken aan de voormalige Sovjet-Unie. Daar werden toen met stencilmachines ondergrondse blaadjes gemaakt met nieuws over verboden onderwerpen die in beperkte kring van hand verwisselden. Dat werd samizdat literatuur genoemd, waarvan de functie enigszins was te vergelijken met verzetskrantjes, zoals Trouw, Het Parool, De Waarheid, Vrij Nederland in het door de nazi’s bezette Nederland. Het internet heeft stencilmachines overbodig gemaakt. In de Verenigde Staten kwam in de tijd van de regering van George W. Bush een veelheid aan websites tot stand, waarin allerlei berichten te vinden waren voor een analyse die afweek van de door de regering geboden officiële werkelijkheid. Deze lag toen verder van de echte werkelijkheid verwijderd dan het geval was geweest in de laatste helft van de 20e eeuw. Ook die wereld van internet samizdat berichtgeving veranderde, met sommige sites die werden gekaapt door andere politieke belangen.

Maar in de situatie waarin de wereld nu verkeert is weer een nieuwe ontwikkeling te merken, waarbij gespecialiseerde deskundigen – vooral in de medische wetenschap van infectieziekten, immunologie, epidemiologie en praktijkartsen – een verhaal willen vertellen dat volledig afwijkt van wat de meeste regeringen, vooral aan weerszijden van de Atlantische Oceaan, hebben gezegd met maatregelen en geboden. Deze specialisten ondervonden veelal tot hun grote verbazing dat de bevolking van hun eigen land niet te bereiken was met urgente boodschappen vanwege de muur van zelfcensuur die in stand werd gehouden door de meeste gevestigde media.

Toen kwam dankzij het internet en video opnames toch wat communicatie tot stand tussen die specialisten, vaak toplieden op hun gebied en winnaars van de Nobelprijs, en de burgerij. Daardoor konden we leren dat de pandemie die bezig is onze maatschappijen te vernielen niet een echte pandemie kan zijn, want de kolossale hoeveelheden sterfgevallen die bij een pandemie horen zijn eenvoudigweg afwezig. We konden kennis nemen van een al 60 jaar gebruikt geneesmiddel tegen malaria dat, samen met twee andere ingrediënten, heel doelmatig was gebleken voor snelle genezing van patiënten aangetast door het nieuwe virus. Vooral het nieuws daarover en het nieuws over de kolossale schadelijke lichamelijke en psychische gevolgen van de maatregelen bracht weer een andere censuur op gang. Eén van zogenaamd ‘factchecken’ waarbij wat via de alternatieve media zoals YouTube, Facebook, Google search en Twitter het publiek bereikte, schielijk werd afgedaan als ‘desinformatie’.

Het kwaad van zelfcensuur

De genoemde internet communicatiemiddelen zijn in handen van de zogenaamde Techgiganten, die zich netjes gingen conformeren aan de verordeningen die een onderdeel waren geworden van de officiële werkelijkheid.

Zo is de situatie van nu geboren. Als wij ons niet houden aan voorgeschreven grenzen van wat we mogen zeggen op de video’s die we op YouTube zetten, dan draait een censuurmechanisme van Google de knop om. Je video’s verdwijnen. Facebook en Twitter doen ook mee. Zelfs de boekverspreider Bol.com is mee gaan doen. Het gaat geen boeken met complot thema’s meer verkopen.

Maar nu komen we bij onszelf. Wij vervliegen niet in cyberspace. Wat wij zeggen staat gedrukt. Zwart op wit. Op papier. Iets wat je in je handen kan houden en kan doorgeven aan kennissen en familieleden. Samen met dat andere initiatief, De Andere Krant, die geregeld met themanummers verboden of half verboden onderwerpen behandelt, bereiken wij het publiek op een andere manier, een waarover de Techgiganten geen controle kunnen uitoefenen. Het zelfcensuurmechanisme werkt bij ons niet. We zullen onszelf niet ontslaan.

Maar dan zijn we bij de vraag gearriveerd of we overheidscensuur kunnen verwachten. Het idee van vaste abonnees lijkt minder erg te zijn in de ogen van functionarissen en politici die hun mond erover hebben open gedaan, dan een losse verkoop bij kiosken en de boekhandel. We bereiken een nieuw publiek dat nooit Café Weltschmerz of gelijksoortige media heeft gezien. Aan kritiek is de overheid wel gewend, het kan dat van zich afschudden zoals een eend doet met druppels als hij net uit het water komt. Een blik op het mechanisme wat het gezag doet bewegen is een heel andere zaak.

We weten niet wat er op ons af kan komen. Een gedrocht is tot leven gebracht in de vorm van een noodwet die op geen werkelijke noodsituatie is gebaseerd, en het dus moet hebben van legaal bedrog. Een van de hoofdrolspelers in de Nederlandse frauduleuze pandemie heeft ons al weggezet als brievenbusvervuiling, en zich afgevraagd of er iets tegen gedaan moet worden. Hier en daar staan eigenaren van de kiosken en winkels onder druk om de losse verkoop van dit blad uit de schappen te weren. E-mails komen bij ons binnen van mensen met een hilarisch verslag over kiosk bedienden die het onder de toonbank zijn gaan verkopen, of zeggen dat ze zich met dat vunzige nepnieuws niet willen inlaten. Dat heeft tot dusver alleen maar averechts gewerkt. Bij het ter perse gaan van dit nummer bereikten ons berichten van verkopers die binnen één dag al waren uitverkocht, en de nabestellingen lopen in de tienduizenden.

Dan rest tenslotte nog de censuur van reputatieletsel. De Universiteit van Amsterdam kwam met een melodramatisch persbericht dat het zich distantieert van de denkbeelden van de hoofdredacteur van Gezond Verstand, een emeritus hoogleraar van deze instelling. Genoeg voor genoemde hoofdredacteur om in de lach te schieten. Als instelling heeft de universiteit nooit een ‘mening’, behalve wanneer de voorzitter van het college van bestuur onderhandelt met de minister van onderwijs over financiële kwesties. Het is een instelling die onderdak biedt aan geleerden, onderzoekers, en de laatste tijd wat meer aan schijnwetenschappers en clowns. Wat deze lieden voor of na hun pensioen allemaal te beweren hebben in een opinieblad of opiniepagina, is nooit een zaak geweest waarover de leden van het bestuur ’s nachts niet konden slapen. Wie heeft hier op wie de nijptang gehanteerd?

– einde artikel –

Altijd op de hoogte van het werkelijke nieuws?
Word dan abonnee van Gezond Verstand

Je las een artikel uit Gezond Verstand nummer 3

Volg ons op social media

Kijk en beluister Gezond Verstand via

Privacybeleid
Wanneer u onze website bezoekt, dan kan deze informatie via je browser opslaan voor specifieke services, meestal in de vorm van cookies. Hieronder kunt je je privacyvoorkeuren wijzigen. Houd er rekening mee dat het blokkeren van cookies van invloed kan zijn op je ervaring op onze website en de diensten die we aanbieden.