Karsten van Straten
Het gebeurde niet meteen. Vlak na het uitroepen van die nieuwe werkelijkheid was de algemene tendens binnen de medische wereld nog om gewoon je gezonde verstand te blijven gebruiken, geen mond/neus-masker op te doen wanneer dit niet nodig was. En goed letten op symptomen van luchtweginfecties. Binnen slechts enkele maanden kwam daarin een dramatische verandering. Voor bijna het voltallige ziekenhuis- en verzorgingshuispersoneel in Nederland, en ook in de rest van de westerse wereld, was veel van die basale medische kennis en routine-ervaring niet meer aan de orde. Het was toen niet ongewoon meer om een specialist of een verpleegkundige met een doorzichtig plastic spat-masker voor het gezicht naar hun auto te zien lopen. Dat werd langzaam geaccepteerd.
Intuïtie en moreel kompas moesten het ontgelden om het beleid dat hierbij hoorde uit te kunnen voeren als arts of verpleegkundige. Dat begon al met de introductie van de frauduleuze PCR-test. Die werd ingezet als middel om iedereen, ook mensen zonder symptomen en zonder klachten, verdacht te maken. Medisch geschoolden zouden moeten begrijpen dat dit een omgekeerde wereld is. Een PCR-test kan een aanvulling zijn binnen een klinische setting bij het sterke vermoeden van een ziekte. Bijvoorbeeld bij open tbc, nadat een patiënt bij de Eerste Hulp wordt binnengebracht met hoge koorts, ophoesten van bloed en andere medisch relevante klachten. Er wordt dan bloedonderzoek gedaan, een longfoto gemaakt, een CT-scan en als laatste een PCR-test, als aanvulling. Maar nooit wanneer er geen klachten zijn. Dit heeft de uitvinder van de PCR-test, Nobelprijswinnaar Kary Mullis, zelf hartstochtelijk benadrukt.
De acceptatie van de nieuwe realiteit was een geleidelijk proces, waar angst de katalysator was voor het snelste resultaat. Angst voor de dood, angst voor ziekte, maar ook angst voor verlies van status, sociaal netwerk en algemeen welbevinden. We hoeven niet ver terug in de tijd om te zien waar een bevolking in doodsangst, in combinatie met corruptie binnen de wetenschap, toe heeft kunnen leiden. Mensen zonder enige klacht twee weken in isolatie, ernstig zieken en stervenden in quarantaine, eenzaam zonder familie of dierbaren naast zich. Ernstig benauwde mensen onverbiddelijk voorzien van een mond/neus-masker, soms twee op elkaar. Het afnemen van een PCR-test na overlijden. Kliklijnen werden geopend om buren aan te geven die een verjaardag vierden met een gast teveel.
Medio 2021 leek het ‘oude normaal’ even terug te keren. Veel patiënten, maar ook de meeste artsen en verpleegkundigen waren inmiddels geprikt en leken zich even wat veiliger te voelen. Er werd zowaar weer voorzichtig omhelsd bij een jarige collega of na een behaald diploma. De plastic spat-maskers en de mond/neus-maskers werden steeds vaker achterwege gelaten. Maar niet voor lang.
Opeens werd het drukker in de ziekenhuizen. Waar afdelingen Cardiologie in ziekenhuizen tijdens de ‘pandemie’ in 2020 nog een relatief rustige periode beleefden, ging daar in 2021 de gemiddelde leeftijd van patiënten gestaag omlaag en werd het alsmaar drukker. Er presenteerden zich steeds vaker tieners en twintigers met een ontstoken hartzakje (pericarditis), een ontstoken hartspier (myocarditis) of een ontstoken hartholte (endocarditis). Maar ook beschadiging van hartspiercellen, beschadiging van de zenuwbanen in het hart of problemen met de hartkleppen, verminderde pompfunctie en scheurtjes of stolsels binnen de vaatwand van de kransslagaders. Om over de snel toenemende turbokankers nog maar te zwijgen.
Dit zijn enkele van de inmiddels bekende bijwerkingen van de mRNA- en virale vectorinjecties (virale vector- of kortweg vectorinjecties bevatten genetisch gemodificeerd DNA), veroorzaakt door schadelijke spike-eiwitten en lipide nanodeeltjes.
Ook was sinds 2021 een toename te zien van mensen die overleden aan een plotselinge hartstilstand tijdens het sporten. De term ‘Sudden Death Syndrome’ was vóór 2021 nauwelijks bekend bij het grote publiek, omdat het ging om een zeldzaam fenomeen (elektrische hartziekten als lange QT-syndroom, WPW (Wolff-Parkinson-White) en het Brugada-syndroom).
Eveneens was er sinds 2021 sprake van een toename van het aantal auto-immuunaandoeningen van het hart. Cardiale Amyloïdose, Cardiale Sarcoïdose zijn ziektebeelden die sinds het uitrollen van de mRNA-injecties vaker voorkomen. Ook aandoeningen als SCAD (Spontane Coronair Arterie Dissectie), een probleem in de vaatwand van de kransslagaders, dat vaker voorkomt onder vrouwen dan onder mannen, wordt sinds de uitrol van de prikken ook bij mannen veel vaker gezien. Studies worden wel gedaan, maar het algemene uitgangspunt blijft dat de mRNA- en virale vectorprikken veilig en effectief zijn. Terwijl al deze aandoeningen een bijdrage leveren aan de alsmaar toenemende oversterfte.
Wanneer een patiënt wordt opgenomen in een ziekenhuis, is het gebruikelijk dat een arts of verpleegkundige begint met het in kaart brengen van de medische voorgeschiedenis. Dit heet een anamnese. Sinds de uitrol van de mRNA-prikken in 2021 lijkt er echter weinig interesse te bestaan in de vaccinatiestatus van patiënten. Helaas schrijft het nieuwe normaal voor dat we geen medisch relevante vragen mogen stellen, want correlatie, laat staan causaal verband, mag niet worden gezien.
Wetenschappelijk onderzoek richt zich meer op ‘Long Covid’, een in 2021 door de WHO vrijgegeven klinische definitie voor langdurige klachten die mensen kunnen overhouden na een coronabesmetting (misschien als handige cover-up voor de bijwerkingen van de Covid-prik).
Interventiecardiologen zien meer gevallen van SCAD, hierover wordt ook onderwijs gegeven, dikwijls gesponsord door de farmaceutische industrie. Het ontbreekt hen echter aan de moed om serieus onderzoek te doen, te beginnen met de vraag wat al deze patiënten nou eigenlijk met elkaar gemeen hebben. Ooit, vóór de Covid-‘crisis’, was het de normaalste zaak van de wereld om dat soort vragen te stellen binnen de medische en paramedische beroepsgroep. Die gewoonte werd juist aangemoedigd. Blijf altijd vragen stellen en doe je eigen onderzoek, was het credo. Nooit iets zomaar na-papegaaien.
Binnen de zorg vond een kaalslag plaats. Veel zorgpersoneel viel uit, omdat het zich niet kon conformeren aan de in 2020 geïntroduceerde nieuwe realiteit. Het was onmenselijk en het berokkende patiënten en familie veel schade. En het leed is nog steeds niet te overzien.
Ook zijn veel zorgmedewerkers uitgevallen vanwege het zogeheten ‘postviraal syndroom’, of zeg maar gerust: vaccinatieschade. Dit laatste is echter nog steeds een gevoelig onderwerp in medische kringen. De zogenaamde olifant in de kamer. Daar mogen geen vragen over worden gesteld.
– einde artikel –
Je las een Premium artikel uit Gezond Verstand
Volg ons op social media
Kijk en beluister Gezond Verstand via