Richard Rijsdijk
De autoritaire houding van Brussel richting de lidstaten, en van de landelijke politiek richting haar burgers, is desastreus geweest wat betreft een besef over waar het om gaat bij verantwoordelijk burgerschap, evenals bij nationaal belang. Veel broodnodige kennis en vaardigheden binnen zowel de publieke als private sector zijn simpelweg verdwenen.
Ietwat vergelijkbaar was de situatie na de val van de Berlijnse Muur, eind 1989. De Oostbloklanden werden jarenlang overheerst door doctrines van de Sovjet-Unie, met een van bovenaf geleide economie en het eenpartijstelsel. Toen deze wegvielen ontstond er chaos, omdat de basis ontbrak om een democratisch bestuur te kunnen vormen, en door de abrupte overgang van een communistische naar een vrijemarkteconomie. Daarbij kwamen psychologische problemen met mensen die ineens zelf hun boontjes moesten gaan doppen nu de staat dat niet langer deed. De bevolking was veertig jaar lang geïndoctrineerd geweest, hetgeen leidde tot conformisme, vervreemding, passiviteit en een totaal gebrek aan het tonen van eigen verantwoordelijkheid of initiatief.
Wanneer de EU er niet langer is om zaken te regelen, zitten we misschien in hetzelfde schuitje. De regeringsleiders van de EU katapulteerden overal lieden die de globalistische doctrines aanhingen naar machtige posities, waar ook een groot deel van de private sector en hun koepelorganisaties deel van uitmaken.
Bestuurders van landen met hernieuwde soevereiniteit zullen geconfronteerd worden met maatschappelijke kwalen die zich kort na de jaren tachtig al manifesteerden. De ondertekening in 1992 van het Verdrag van Maastricht, dat de overgang van de Europese Gemeenschap (EG) naar de Europese Unie (EU) markeerde, was tevens het startschot voor een steeds verder op de voorgrond tredende overheid. Vanuit de EU opgelegde richtlijnen veroorzaakten een fundamentele omwenteling in de manier waarop sociale zekerheid en veel andere zaken werden geregeld. Maatwerk ter plekke, op allerlei gebied, werd daardoor natuurlijk moeilijker. In de gezondheidszorg werden bijvoorbeeld lokale gezondheidsnetwerken vervangen door gestandaardiseerde door de overheid gestuurde programma’s, waardoor plaatselijke initiatieven in de knel kwamen. Er ontstond een bestuurlijke stroomversnelling, waarin lokale overheden steeds meer taken aan landelijke instanties moesten overdragen. De invloed van gemeenteraden nam af onder invloed van nieuwe EU-richtlijnen, omdat gemeenten verplicht werden om aan de uitvoering van die richtlijnen te voldoen.
- Het artikel gaat hieronder verder -
De Gift Card is een leuke manier om Gezond Verstand een kwartaal of een jaar lang cadeau doen. De Gift Card is digitaal verkrijgbaar én als pasje met daarop een unieke code + een feestelijke cadeau-enveloppe.
Abonnees krijgen 15% korting!
Gezond Verstand 6x cadeau doen
Op papier én digitaal
Normaal €24,- voor abonnees €20,-
Gezond Verstand 24x cadeau doen
Op papier én digitaal
Normaal €80,- voor abonnees €70,-
De staat, die de soevereiniteit naar Brussel had overgeheveld, gehoorzaamde op brede schaal aan de Brusselse maatschappelijke regie. De overheid kreeg een bevoogdende rol naar de burger. Dit stimuleerde een tendens bij de autoriteiten om de burger als ‘niet competent’ te beschouwen. De consequentie daarvan was dat mensen bepaalde zaken niet langer zelf hoefden te doen, en kort daarna vaak ook niet langer mochten doen. Na verloop van tijd verloor de burger de wil om verantwoordelijkheid voor bepaalde maatschappelijke taken op zich te nemen. Uiteindelijk voelde men zich minder betrokken, werd minder zelfredzaam, verviel tot passiviteit en verloor daardoor kennis en vaardigheden. Lea Dasberg, een bekende pedagoge, noemt zo’n werkwijze: ‘grootbrengen door kleinhouden’, hetgeen leidt tot infantilisering.
Neem bijvoorbeeld het ophalen van oud papier en karton. Voorheen haalden leden van de plaatselijke voetbalclubs dat vaak op. Het papier werd verkocht en de volle opbrengst vloeide in de clubkas. Iedereen droeg zo rechtstreeks bij aan de bloei van de vereniging. Gemeenten vonden dat dat papierophalen niet goed ging en trokken het naar zich toe. Nu gaat 80% van de opbrengst naar administratiekosten, salarissen en een peperdure inzamelingsvrachtauto. Slechts 20% vloeit in de vorm van subsidies terug naar de maatschappij. De vereniging die zich voorheen zelf kon bedruipen, is nu afhankelijk van overheidssubsidiëring. Het is een anekdotisch voorbeeld – vergelijkbaar met de verdwenen oud-ijzerboer en de voddenman – maar op veel gebieden vonden meer fundamentele ingrepen plaats, met vaak verstrekkende gevolgen.
Zo beknotte diep overheidsingrijpen in het onderwijs de invloed van de ouders dusdanig, dat hun invloed op het lesprogramma en het schoolbeleid volstrekt imaginair is geworden. Officieel hoort onderwijs neutraal te zijn, maar het is inmiddels al een generatie lang een voertuig voor Agenda 2030, waardoor het grootbrengen door kleinhouden – inclusief indoctrinatie en infantilisering – normaal is geworden.
De grootste ingreep vond plaats op de werkplek in de private sector. De wetgever legde bedrijven allerlei regels en protocollen op, net zoals koepel- en belangenorganisaties dat deden richting hun leden. Onze samenleving raakte in de afgelopen decennia verzadigd met protocollen die bepaalde gewenste uitkomsten moeten bewerkstelligen. Dat kan positieve effecten hebben, maar anders dan wat wordt gepretendeerd kan een protocol nooit de complexiteit van de werkelijkheid omvatten. Het slaafs uitvoeren van protocollen leidt tot uitwassen als de toeslagenaffaire.
De beperking van de autonomie van organisaties, bedrijven en werknemers met ISO-normen (ISO: International Organization for Standardization) heeft laten zien dat protocolleren leidt tot een giga-bureaucratie, met torenhoge kosten, verminderde motivatie en afnemende bereidheid van werknemers om zelf verantwoordelijkheid te nemen. Het kweekt risico-aversie en remt innovatie. Het opent ook mogelijkheden voor verregaande corruptie van ongecontroleerde macht, zoals we kunnen zien bij Big Pharma. Afwijken van het protocol leidde tot bizarre sancties, die ivermectine of hydroxychloroquine voorschrijvende huisartsen bijvoorbeeld ondervonden als gevolg van de gefabriceerde coronacrisis. In plaats van tot protestacties, leidde dit tot verregaande corruptie van het Nederlands Huisartsen Genootschap, dat door de knieën ging voor de dwang van de farmaceuten.
Zet mensen in een omgeving waar protocollen de dienst uitmaken, en ze stoppen uiteindelijk met zelf nadenken of zelfs, zoals bij een grote meerderheid van de Nederlandse artsen het geval was, met naleving van hun principes. Eenmaal passief en volgzaam geworden, kunnen (of durven) ze dat niet meer.
– einde artikel –
Je las een Premium artikel uit Gezond Verstand
Volg ons op social media
Kijk en beluister Gezond Verstand via