Jeroen van den Berg
De boekdruktechnologie, met de Gutenberg-pers en zijn navolgers, creëerde een revolutie in de toegankelijkheid van kennis. Boeken werden betaalbaarder, ruimer verspreid, de geletterdheid steeg en intellectuele uitwisseling floreerde. Deze historische context is wezenlijk, zonder deze enorme push was het niet mogelijk dat brede lagen van de bevolking konden gaan lezen en nadenken zoals ze dat deden. De boekdrukkunst was bijvoorbeeld voor de filosofie niets minder dan een intellectuele aardverschuiving. Waar ideeën voorheen mondeling werden overgeleverd en daardoor fragiel, veranderlijk en gebonden waren aan plaats en persoon, gaf de drukpers filosofen eindelijk de mogelijkheid hun gedachten op exacte wijze vast te leggen, te verspreiden en te laten bediscussiëren door een groeiend lezerspubliek. Het systematisch onderzoeken, herlezen en bekritiseren van complexe argumenten werd pas écht mogelijk toen teksten in vaste vorm circuleerden. Zonder de drukpers was er geen Descartes die Europese denkers raakte en geen Spinoza die clandestien gelezen werd. De filosofie werd niet alleen toegankelijker, ze werd scherper, rijker, structureler en blijvender. Dit alles staat nu echter zwaar onder druk.
Het lezen van lange teksten neemt af, de aandacht neemt toe voor kortere impulsen en de smartphone is de nieuwe dominante interface geworden. Uit onderzoek blijkt dat degenen die voornamelijk op smartphones lezen meestal langere teksten vermijden, snel van de ene tekst naar de andere springen, en grotendeels de tekst vlug scannen in plaats van diep en aandachtig te lezen. Zo toonden Oh, Krish & Hamat (2022) in hun onderzoek Reading on Smartphones: Students’ Habits and Implications for Reading Skills aan dat universitaire studenten in Maleisië uitgebreide teksten op hun smartphone uit de weg gingen. Ook blijkt uit een analyse dat digitale leesgewoonten (papier versus digitaal) een complex verband hebben met selectieve aandacht en leesbegrip. Salmerón (2025) liet in het onderzoek Digital reading habits and attention zien dat digitale leesgewoonten nieuw gedrag voortbrengen die de ontwikkeling van leesvaardigheid niet automatisch verder ondersteunt zoals op papier lezen dat wel doet.
Deze nieuwe laaggeletterdheid is dus geen klassieke onkunde met betrekking tot lezen an sich. Het is namelijk onwil en een onvermogen om diep, langdurig en geconcentreerd complexe teksten te lezen. De smartphone is hierbij een centrale rol gaan spelen. Het apparaat is klein, voortdurend beschikbaar, ontworpen om de aandacht steeds opnieuw te vangen, door notificaties, algoritmes, snelle schermwisselingen en sociale media. Onderzoek laat zien dat smartphone-verslaving samenhangt met slechtere leesgewoonten. Zo vond Taşgın (2023) in het onderzoek The Relationship between Technology Addiction and Attitude toward Reading: An Investigation on Pre-Service Teachers een negatieve relatie tussen leesgewoonten en smartphone-verslaving bij middelbare scholieren. Waar vroeger de boekdrukkunst leidde tot een culturele opmars, leidt nu de smartphone tot een culturele afbraak, niet zozeer van het kunnen lezen als wel van het willen lezen.
Bovendien zien we dat het plezier in lezen sterk afneemt. Een studie van het Shanker Institute, gepubliceerd in 2024, met de titel The Threat of Technology to Students’ Reading Brains, toonde dit aan. Wanneer mensen minder vaak kiezen voor een boek of langere tekst als vrijetijdsbesteding, verliest men een basis voor kritisch denken, concentratie, argumenteren en bewustzijn. Wanneer lezen voor je plezier wegvalt, neemt de kans toe dat mensen minder goed voorbereid zijn om informatie, desinformatie of bredere ideeën kritisch te verwerken. Het is belangrijk de link te leggen tussen de historie van boeken als symbool van geletterdheid, en het huidige verval.
De boekdrukkunst schonk mensen een overvloed aan teksten, inspiratie en beschaving. Bibliotheken werden bezocht, boeken werden gelezen en filosofie, literatuur en wetenschap werden breed verspreid. De verspreiding van boeken was daarmee een democratisering van kennis. Nu is echter die rol van het boek als vrijetijdsbesteding, het bevredigen van nieuwsgierigheid en intellectuele oefening aan het verschrompelen. Boeken worden steeds vaker vervangen door korte digitale content, podcasts, video’s en memes op sociale media. Het blijkt dat de digitale wereld vooral versnippering en oppervlakkigheid bevordert en niet de verdiepende aandacht die het lezen van lange teksten vereist. Hierdoor hebben we een geletterdheidscrisis gekregen. Zij die lezen met begrip, reflectie en een kritische vorm van denken, nemen sterk in aantal af.
De impact van deze nieuwe laaggeletterdheid is breed. In het onderwijs worstelt men met problemen die zich manifesteren in de vorm van een korte aandachtsspanne, de leerlingen zijn gewend aan video’s, scrollen en elkaar korte teksten sturen, en niet aan het lezen van romans, essays of wetenschappelijke teksten. In onze samenleving betekent dit een grote kwetsbaarheid. Wie niet leest, wie niet gewend is aan lange teksten en kritische argumentatie, is kwetsbaarder voor manipulatie, simplificatie en oppervlakkige framing. Onderzoek laat zien dat juist de gewoonte van diepgaand lezen een beschermende factor is tegen verwarring en misleiding. Wanneer mensen geen oefening krijgen in aandachtig lezen, verliezen zij ook de capaciteit om complexe teksten te volgen en substantieel te reflecteren. De smartphone speelt in deze beleving een uiterst dubbelzinnige rol. Enerzijds biedt deze toegang tot een overvloed aan informatie, anderzijds structureert het de leeservaring als fragmentarisch en continu onderbroken. De eerdergenoemde studie van Oh (2022) stelde vast dat studenten stopten met het lezen van teksten op hun smartphone zodra deze moeilijker of langer werden, of ze schakelden over naar oppervlakkig scannen van de tekst. Het blijkt bovendien dat de functies van het digitale toestel – push notificaties, multitasking, sociale media – leiden tot vermindering van aandacht en een verminderd vermogen om langere teksten te volgen. Zoals het eerdergenoemde onderzoek van het Shanker Institute uitlegt: digitale gewoonten zullen het leesbrein, dat zorgvuldig moet worden opgebouwd door middel van oefening, ondermijnen.
Het is vooral belangrijk om te beseffen dat dit proces sluipend is. Niet alle soorten van lezen zijn verdwenen, maar het lezen is fundamenteel veranderd. Het op papier gedrukte teksten lezen vermindert sterk en het digitaal lezen neemt toe, maar niet per se met dezelfde opbrengst. De analyse van Salmerón toonde aan dat digitale leesgewoonten niet dezelfde positieve bijdrage leveren aan begrip en leesvaardigheid als het vanaf papier lezen. Daarmee ontstaat de volgende paradox: we hebben meer toegang tot teksten dan ooit, maar minder vermogen om ze écht te doorgronden. De nieuwe vorm van laaggeletterdheid uit zich in specifieke kenmerken: weinig vrije tijd doorgebracht met boeken, een korte aandachtsspanne, een voorkeur voor fragmentaire teksten, het vermijden van moeilijker of langere stukken, oppervlakkig lezen en multitasking tijdens het lezen. Een survey met de titel Youth Practices of Reading as a Form of Life and the Digital World zegt dat jongeren die veel gebruikmaken van internet en mobiele apparaten, andere leespraktijken hebben dan het regelmatig lezen van boeken gedrukt op papier. Leesrituelen, met een boek in de hand in een rustige omgeving, nemen sterk af.
De culturele consequenties hiervan zijn ernstig. Wanneer boeken niet meer worden gelezen, of slechts vluchtig doorgenomen, verliest de samenleving een gemeenschappelijk referentiekader, een gedeelde literaire basis en een cultureel geheugen. Het gevaar is dat we terugvallen op beelden, slogans en oppervlakkige ‘feeds’, in plaats van geëngageerde reflectie. Zodra het echte lezen ophoudt, of slechts in versnipperde vorm voortleeft, verliest het ook een tegenkracht jegens de verleiding van oppervlakkige eenvoud, verschraling van debat en ideologische verzanding. Het is geen toeval dat juist in deze tijden van informatieovervloed, waarbij manipulatie gemakkelijker wordt, de vaardigheid om langere teksten kritisch te lezen, van vitaal belang is. In dit licht is de metafoor van ‘boekverbranding’ treffend. Niet dat boeken letterlijk in vlammen opgaan, maar de geest van lezen, de aandacht voor een boek en het de tijd nemen voor het rustig tot je nemen van een tekst, zijn aan het verdwijnen.
Wat vertel ik mijn medemens?
- De nieuwe laaggeletterdheid is onwil en een onvermogen om diep, langdurig en geconcentreerd complexe teksten te lezen.
- De smartphone leidt tot een culturele afbraak, niet zozeer van het kunnen lezen als wel van het willen lezen.
– einde artikel –
Je las een Premium artikel uit Gezond Verstand
Volg ons op social media
Kijk en beluister Gezond Verstand via