Richard Rijsdijk
Door eigen toedoen is de EU-rol op geopolitiek niveau uitgespeeld. Instandhouding van een Europees gezamenlijk machtsblok tegen Rusland is daarom cruciaal geworden. Nu door de Trump-Poetin ontmoeting in Anchorage het Europese beleid met betrekking tot de Oekraïense oorlog in duigen is gevallen, richt de Brusselse politieke kaste haar neokoloniale pijlen op alles en iedereen die afwijkt van de door hen verlangde koers. Dat geldt met name voor de aspirant-lidstaten Moldavië, Georgië en Servië, en de lidstaten Hongarije en Slowakije. Maar ook in andere lidstaten zet Brussel oude koloniale tactieken in om het door hen gewenste wereldbeeld af te dwingen.
Moldavië is qua politiek en ligging strategisch uiterst relevant. De autonome regio Gagaoezië en de afgescheiden regio Transnistrië zijn politieke barometers voor de binnenlandse krachten van Moldavië, en breder gezien binnen de spanningen tussen de EU en Rusland.
Gagaoezië, bewoond door een Turks-orthodoxe minderheid, geniet officiële autonomie binnen Moldavië. Gagaoezië leeft op gespannen voet met de centrale regering in de hoofdstad Chișinău, vooral vanwege de pro-Russische oriëntatie van een aanzienlijk deel van haar bevolking. Evghenia Guțul won met haar SOR-partij de regionale verkiezingen, maar werd – op beschuldiging van Russische verkiezingsinmenging – gevangengezet en haar SOR-partij werd verboden. Het script en de retoriek zijn onmiskenbaar van EU-makelij.
Transnistrië, ook pro-Russisch, verklaarde zich in 1990 onafhankelijk van Moldavië, na een door de Russen gesteund gewapend conflict. Het ligt op een smalle strook land langs de Dnjestr-rivier. Daar is nog steeds een klein contingent Russische troepen aanwezig. Artikel 11 van de in 1994 aangenomen Moldavisch grondwet bevat een expliciete neutraliteitsbepaling en verbiedt stationering van buitenlandse troepen; een politieke keuze die de historische Moldavische wensen weerspiegelt om zowel buiten Russische als Westerse invloedssfeer te blijven. Een wens die de Oekraïense bevolking eveneens koesterde, maar dit werd na de westerse staatsgreep van 2014 door Kiev genegeerd.
In de praktijk is die neutraliteit steeds moeilijker te bewerkstelligen. Moldavië zocht toenadering tot de EU na het begin van Ruslands speciale militaire operatie in 2022. De EU op haar beurt gaf Moldavië de status van kandidaat-lidstaat. In ruil voor beloften van Europese steun, laat Moldavië zich dieper en dieper betrekken bij de anti-Russische defensie- en veiligheidsstructuren van de EU en de NAVO. Het probleem was het omzeilen van het neutraliteitsartikel in de Moldavische Grondwet. Voor de levering van militair materieel wordt de European Peace Facility gebruikt, waarmee ook Oekraïne wordt gesteund. Tenslotte zijn er gezamenlijke oefeningen met NAVO-leden en wordt er op het gebied van inlichtingenuitwisseling samengewerkt. De samenwerking met de EU/NAVO is inmiddels dermate intensief, dat de grondwettelijke neutraliteit slechts een papieren realiteit is geworden.
Een gelijksoortig scenario speelt zich af in Georgië. Georgië kent geen grondwettelijke neutraliteit maar bevindt zich in een vergelijkbare geopolitieke situatie. Sinds 2008 schuift het land op richting het Westen, na een oorlog met Rusland over enkele grensregio’s die zelfbestuur eisten. Hun blik richting het Westen resulteerde in 2023 in een kandidaat-lidmaatschap van de EU. Net als Moldavië participeert Georgië in EU-programma’s op het gebied van veiligheidsbeleid en inlichtingenuitwisseling.
Ook Georgië kent interne verdeeldheid over de politieke bestemming van het land. De regering probeert een zekere afstand te bewaren van de Brusselse confrontatie met Moskou, mede uit angst voor escalatie. Zo nam Georgië, naast anti-woke wetgeving, ook ‘Russische’ wetgeving aan die de invloed van buitenlandse ngo’s aan banden legt. Brussel interpreteerde die terughoudendheid als “afglijden naar autocratie” en reageerde met politieke druk en samenwerkingsboycots.
Voor Georgië geldt hetzelfde als voor Moldavië; strategisch gelegen op de uiterste zuidflank van de NAVO. Om dit complex van redenen werd Georgië recent geconfronteerd met soortgelijke druk vanuit de EU voor haar relatie tot China, onder andere voor het gebruik van Huawei-technologie en deelname aan het Belt and Road Initiative. Ook hier blijkt dat kandidaat-lidstaten niet alleen worden geacht zich aan te passen aan Europese wet- en regelgeving, maar ook aan de geopolitieke oriëntatie van de EU.
Servië is al sinds 2012 EU kandidaat-lidstaat, maar er is nog steeds geen uitzicht op toetreding. De band met Rusland en China vormt een van de struikelblokken, net als het niet erkennen van Kosovo, dat zich in 2008, met militaire steun van de VS, afscheidde. De Servische president Aleksandar Vučić bewaakt angstvallig de eigen soevereiniteit en de band met Rusland, net zoals Hongarije en Slowakije dat doen. Tezamen vormen zij een front tegen wat de Hongaarse minister van Buitenlandse Zaken, Peter Szijjarto, onlangs beschreef als “toenemende buitenlandse druk”. Volgens hem stuurt Brussel aan op een regimewisseling in Servië, Hongarije en Slowakije. Twee dagen na deze verklaring brak op 17 augustus inderdaad een kleurenrevolutie uit, met van buitenaf georganiseerde opstanden, zowel in Belgrado als elders in Servië.
Zowel Moldavië als Servië en Georgië bevinden zich in een onmogelijke spagaat-positie. Formeel zijn het op dit moment nog soevereine staten, met – in het geval van Moldavië – een grondwettelijke neutraliteit. Aan de andere kant wordt hun soevereiniteit meer en meer uitgehold wanneer politieke, economische en veiligheidskeuzes verplicht bij het Brusselse beleid moeten aansluiten. De Brusselse druk versterkt de interne verdeeldheid tussen een pro-EU elite versus een bevolking die loyaal is aan de eigen soevereiniteit, of historische geopolitieke banden. Zowel in Gagaoezië en Transnistrië – beide met een grote mate van zelfbestuur binnen het Moldavische verband – is dit overduidelijk het geval.
Tenslotte volgt destabilisatie middels kleurenrevoluties, die via ngo’s langzaam maar zeker toewerken naar een politieke machtswisseling richting NAVO/EU.
Op het bredere wereldtoneel zijn Moldavië en Georgië strategische schakels in de oostwaartse uitbreiding van westerse invloed. Voor de EU/NAVO zijn zij cruciaal om de zuidoostflank van Europa te stabiliseren en de Russische invloedssfeer terug te dringen. Voor Rusland zijn het belangrijke bufferstaten, die niet ‘verloren mogen gaan’ aan het Westen, omdat daarmee ook strategisch terrein wordt prijsgegeven.
In die context wordt neutraliteit door alle partijen met argwaan bekeken. Brussel ziet hun neutraliteit en soevereiniteit als ongewenst. Moskou ziet het als schijnneutraliteit, die slechts dient om westerse invloed te maskeren. Binnenlandse partijen gebruiken het als argument voor of tegen geopolitieke keuzes, afhankelijk van hun ideologische oriëntatie.
Het neokoloniale draaiboek is overal merkbaar. Partijen met een kritische houding jegens Brussel, voorkeur voor eigen soevereiniteit en voor normalisering van de relatie met Rusland, worden verboden, of probeert men te verbieden: de AfD in Duitsland, de Rassemblement National (RN) van Marine Le Pen, die uitgesloten werd van diverse regionale verkiezingen, de SOR-partij in Moldavië.
Ook inmenging in verkiezingen behoort tot het draaiboek. In Roemenië bereikte de EU-kritische kandidaat Călin Georgescu tegen alle officiële peilingen in de tweede ronde met 23 in plaats van de voorspelde 5 procent van de stemmen. Georgescu werd, om bureaucratisch-administratieve redenen en verdenking van Russische steun, via een zeer omstreden rechterlijke uitspraak uitgesloten van deelname aan de beslissende verkiezingsronde waardoor een pro-EU kandidaat, Marcel Ciolacu, uiteindelijk won.
Ook mag de rol van Brussel bij de laatste Poolse verkiezingen, waarbij pro-EU kandidaat Tusk uiteindelijk won, niet worden onderschat. Er was sprake van Brusselse invloed in de vorm van financiële druk op Herstelfondsen en inmenging in de werking van het Poolse Hooggerechtshof.
In een wereld die uni-polariteit afzweert, lijkt er veel ruimte voor landen die zich willen onttrekken aan de druk van blokvorming. Moldavië, Georgië en Servië zijn voorbeelden hiervan. De realiteit is echter dat het oude, bestaand machtsblok van de EU er alles aan doet om dergelijke staten koste wat kost in hun greep te houden. Gelegen binnen Europa – met uitzondering van Georgië uiteraard – dwingt dit soort Realpolitik hun politieke leiders bijna onvermijdelijk tot het maken van een keuze voor Europa. Niet uit verraad aan hun grondwet of bevolking, maar simpelweg door de logica van geopolitieke druk. Het Europese neokolonialisme dwingt (kandidaat)lidstaten het Europese keurslijf zonder morren te accepteren. Dat leidt zonder twijfel tot steeds meer weerstand en spanningen binnen die landen zelf en, bij uitbreiding, natuurlijk ook binnen EU-verband.
– einde artikel –
Je las een Premium artikel uit Gezond Verstand
Volg ons op social media
Kijk en beluister Gezond Verstand via